dinsdag 17 november 2009

Rsi-klachten en 'het nieuwe werken'

Steeds meer bedrijven gaan over op het ‘nieuwe werken’. Daarnaast gaan meer en meer mensen werken als zzp’er. Het gevolg hiervan is dat men niet langer van negen tot vijf hoeft te werken en dat men ook niet langer gebonden is aan een vaste werkplek. Als het goed is, zal deze vrijheid ervoor zorgen dat de persoonlijke talenten en de creativiteit van mensen beter tot uiting komen.

Wat betekent dit op het lichamelijk vlak? Vroeger zat je op een werkplek van de baas. Zo konden de baas en de arbodienst een oogje in het zeil houden. Zij konden er voor zorgen dat iedereen zijn werkplek goed had ingesteld, dat de juiste ergonomische hulpmiddelen werden gebruikt en het aantal uren dat er gewerkt werd, kon worden gecontroleerd. Nu komt deze verantwoordelijkheid bij de beeldschermwerker zelf te liggen. Hij zal zelf moeten zorgen dat hij op een verantwoorde manier werkt en dat hij geen fysieke klachten oploopt. Je hebt echter wel bepaalde kennis en vaardigheid nodig om deze verantwoordelijkheid te kunnen nemen.

Rsi-klachten kunnen ontstaan door het lichaam gedurende langere tijd op een verkeerde manier te gebruiken. Een voorbeeld hiervan is iemand die bij al zijn armbewegingen zijn schouders optrekt. Na verloop van tijd zullen de spieren in de schouder hierdoor pijn gaan doen omdat de schouderspieren er niet voor zijn gemaakt om de hele dag opgetrokken te worden.

Om klachten te voorkomen is het van groot belang om ervoor te zorgen dat je heel goed weet en vooral ook kunt voelen wanneer een werkplek goed is ingericht. Een ‘nieuwe werker’ moet eigenlijk onmiddellijk kunnen aangeven wat er wel en niet klopt aan zijn werkplek als hij ergens gaat zitten. Zodat hij meteen actie kan ondernemen om de werkplek te optimaliseren. Als voorwaarde hiervoor moet hij de volgende lichamelijke vaardigheden beheersen:
· Zitten met de wervelkolom in de natuurlijke curves
· De schouders ontspannen houden
· De armen op de juiste manier aansturen

Iemand die dat kan, kan ook zelf bepalen of de werkplek hem ondersteunt in het toepassen van deze vaardigheden. Het gaat dan meestal om de instelling van de bureaustoel, de tafel en de monitor. Iemand die bijvoorbeeld weet hoe hij goed moet zitten, kan zelf voelen of hij de rugleuning zo heeft ingesteld dat deze de rug goed ondersteunt. En als het bureau te hoog staat, zal hij dit kunnen voelen omdat het niet goed lukt om de schouders ontspannen te houden. Als de instelmogelijkheden onvoldoende zijn om dit goed te regelen, kun je je afvragen of je wel op die plek moet gaan zitten.

In de onderstaande artikelen kun je meer lezen over het instellen van de werkplek en het ontwikkelen van je lichaamsgevoel.

Zitten op wisselende werkplekken

Is een voetenbankje echt handig?

Hoe je een laptop verantwoord gebruikt

Een goede houding kan Rsi-klachten veroorzaken